Dreumes
Hiep hiep hoera, je baby is één jaar! Vanaf nu heet hij/zij officieel een dreumes. En geloof ons: dat ga je merken. Je kleine ontdekker kruipt, klimt en kletst zich een weg door de dag en laat steeds vaker zijn/haar eigen wil zien. Het opvoeden begint nu écht – van “nee, niet aan de planten trekken” tot “ja, je mag zelf je lepel vasthouden… al eindigt de helft op de vloer.” Soms vermoeiend, maar vooral ontzettend leuk. Want met elke stap, lach en driftbui zie je je kindje steeds meer uitgroeien tot een eigen persoontje.
Mijlpalen en nieuwe vaardigheden bij je dreumes
Het eerste jaar zat al vol hoogtepunten, maar ook als dreumes gaat je kind in razend tempo door. Elke dag lijkt er wel iets nieuws bij te komen. Voor ouders zijn dit vaak van die momenten die je nooit meer vergeet: het eerste losse stapje, het eerste echte woordje of de eerste keer zelf eten met een lepeltje (en ja, de helft belandt op de grond, maar hé, dat hoort erbij).
Tussen de 14 en 18 maanden zetten de meeste dreumesen hun eerste losse stapjes. Daarna gaat het snel: lopen, klimmen, aanwijzingen begrijpen, uit een beker drinken en zelfs kleine verstopspelletjes spelen. Rond anderhalf jaar kan je kind vaak meerdere losse woorden zeggen. Maar onthoud: elk kind ontwikkelt zich in zijn/haar eigen tempo. De één rent je woonkamer door terwijl de ander nog liever kruipt, en dat is allemaal normaal. Het belangrijkste? Geniet van die mijlpalen – groot én klein – want ze maken deze fase zo bijzonder.
Eten en drinken bij je dreumes
Een dreumes aan tafel is altijd een verrassing. Voor je het weet vliegt er een stuk brood door de lucht en lijkt de vloer meer gegeten te hebben dan je kind zelf. En toch: dit is dé fase waarin je kind kennismaakt met gezonde eetgewoonten.
Het menu verandert flink ten opzichte van de babytijd. Je dreumes eet nu grotendeels met de pot mee, wat betekent dat jij niet meer twee verschillende maaltijden hoeft te koken. Meestal zijn dat drie maaltijden per dag, aangevuld met een paar gezonde snacks. Omdat het maagje nog klein is, eet je kind vaker, maar kleinere porties.
Daarnaast wil je dreumes steeds vaker zélf eten. Oefenen met een lepeltje kan vaak al rond tien maanden, later volgt een vork en uiteindelijk ook een kindvriendelijk mes. Verwacht geen perfecte tafelmanieren – eten blijft voorlopig meer een ontdekkingstocht dan een nette driegangenmaaltijd. Maar oefening baart kunst… en heel veel gezellige (en soms rommelige) herinneringen.
Slaap, voeding en spelen
Slaap
Een pasgeboren baby slaapt alsof het zijn/haar fulltime baan is: soms wel 14 tot 18 uur per dag. Alleen… dat gebeurt niet in één ruk. Korte slaapjes, vaak wakker worden en ook ’s nachts een feestje – het hoort er allemaal bij. Rond drie maanden begint er langzaam een dag- en nachtritme te ontstaan. Tussen de sprongetjes en slaapregressies door krijg je steeds meer vaste patronen. En onthoud: geen baby is hetzelfde. De één slaapt als een roos, de ander lijkt meer op een wakkere uil. Beide zijn normaal.
Voeding
Voeding is natuurlijk dé basis. In de eerste maanden leeft je baby op melk: borst of fles, soms wel 6 tot 8 keer per dag. Vanaf ongeveer 4 maanden mag je voorzichtig beginnen met oefenen met groente- en fruithapjes, vanaf 6 maanden wordt vaste voeding echt een onderdeel van het menu. Of je nu kiest voor gepureerde hapjes of de Rapley-methode, alles draait om wennen, ontdekken en proeven. Tot 1 jaar blijft melk de belangrijkste voeding, maar steeds vaker schuift je baby gezellig met de pot mee aan.
Spelen
Spelen lijkt misschien ‘gewoon leuk’, maar het is dé manier waarop je baby de wereld leert kennen. Van samen kiekeboe tot rollen, grijpen of geluidjes maken: spel prikkelt het brein, helpt bij de motoriek en versterkt de band tussen jou en je kindje. En ja, soms is een lege doos of een pollepel spannender dan dat dure speelgoed. Het belangrijkste? Dat jullie samen plezier maken – want dát is de basis voor leren en groeien.